Historie Oudega


Hervormde Kerk, Fokke-Wytske paed, Smidterij

Overige Informatie: De friese benaming 'Alde gea' staat voor oude land streek. In een oud schrift van het jaar 1439 komt de naam van het dorp reeds voor en wordt dan 'Dat Aldga' genoemd (Dijkstra et al., 2000). Het dorp is met zijn bijna 1700 inwoners een van de grotere dorpen van de gemeente (derde na Drachten en Opeinde). Een paar honderd jaar geleden was Oudega dan ook het bestuurlijk middelpunt van de gemeente. Dit betrof een vrij lange periode van 1663 tot 1816. In die periode zetelden hier de grietman-familie Van Haersma. Deze grietman (de vroegere burgemeester) mocht ook rechtspreken voor kleine vergrijpen. Dit gebeurde vanuit het rechthuis (Buorren 11). De middeleeuwse kerk (waarin gestraften konden worden vastgezet) en andere monumentale panden getuigen nog van dit verleden.

Vergelijkend met Oudega betekent 'Nije-ga' nieuw buurtschap of land. Dit betekent ook zeer waarschijnlijk dat Nijega een stuk (enige eeuwen) jonger is als Oudega. Daarnaast kunnen we ook aannemen dat Nijega is afgesplitst van Oudega. Dit wordt duidelijk als men kijkt naar de grens tussen beide dorpen; deze ligt zeer dicht op de dorpskern van Oudega. De grens lijkt niet te zijn bepaald door een natuurlijke afscheiding (een rivier). De meest voorkomende methode voor grensbepaling was vroeger het "Clockkleppinhe", of terwijl de grens ligt waar het geluid van de plaatselijke kerk nog net hoorbaar is. Dit laatste is niet het geval voor de grens Oudega/ Nijega, waarmee een afsplitsing de meest waarschijnlijke oorzaak is. (Bekkema, 1990)

Voordat Oudega officieel één dorp werd, moet zij waarschijnlijk ontstaan zijn uit twee buurtschappen. Dit valt af te leiden uit de verspreiding van belangrijke gebouwen die zich concentreren in It West en de Sanbuorren (in het oosten). De Sanbuorren zal hierin uiteindelijk de voornaamste rol hebben gekregen aangezien de kerk en later ook de school en de molen hier kwamen te staan. In de loop der tijd werd It West daarbij onderdeel van het dorpsgebied. (Bekkema, 1990)

Oudega heeft drie buurtschappen in het buitengebied: It Utein, Opperbuorren en De Geasten. Net als Oudega werden ook deze buurtschappen al vroeg bewoond. Door de vondst van veel aardewerk nabij It Utein en Oppenbuorren bestaat er het sterke vermoeden dat in deze gebieden in de 13e en 14e eeuw meer mensen gewoond hebben dan nu het geval is. Men kon bijna spreken van een beginnend dorp (tussen It Utein en de Opperbuorren). Uit onderzoek blijkt dat het gebied rond eind 14e eeuw is verlaten en pas sinds 1600 weer werd bewoond. Het is onduidelijk waarom men dit gebied destijds heeft verlaten. (Bekkema, 1990)

Het dorp was in de vroegere dagen moeilijk bereikbaar. De huidige Aldegeaster Dyk was een van de eerste wegen die het dorp ontsloot. In 1453 werd namelijk de Hogeweg aangelegd. Deze liep dan wel van Opeinde naar Nijega, maar er was een aftakking naar Oudega in de vorm van eerder genoemde weg. Maar daarmee liepen alle andere wegen vanuit het dorp nog wel uit op een dood spoor. Dit is lang zo gebleven. Pas na 1930 kwam de verbindingsweg It West met Earnewald tot stand. Nog later werd er pas een goed geasfalteerde weg naar Garyp aangelegd. Daarvoor was hier alleen maar een voetpad. Destijds (periode van ruilverkaveling) werd ook een betere weg aangelegd naar It Utein en kwam er een goede verbinding met de Alle-om-Slachte. (Bekkema, 1990)

Kerken
Over de kerk van Oudega (Buorren 1) kan nog het een en ander worden verteld. Deze is omstreeks het jaar 1090 gebouwd en daarmee het oudste bouwwerk en monument van Smallingerland. Eerst is het westelijke deel van het schip verrezen. De toren is ongeveer vijftig jaar later gebouwd; in eerste instantie als verdedigingstoren met muren van wel meer dan een meter dik (Dijkstra et al., 2000).

Wat verder opvalt is de datering van de kerk. Vroeger werd een kerk vaak gesticht vanuit een klooster. Het klooster Smelne in Smalle Ee is verantwoordelijk voor de nodige veranderingen binnen de gemeente Smallingerland. Het werd waarschijnlijk voor 1250 gesticht en waarschijnlijk zijn de kerken van Drachten, Kortehemmen, Boornbergum, Opeinde en Nijega van hieruit gesticht. Maar de kerk van Oudega is van ver voor de datering van het klooster en daarmee ook vanuit een andere gemeenschap gesticht. (Bekkema, 1990)

Naast de hervormde kerk aan de Buorren heeft er in oudega nog een bijzondere kerk gestaan Deze gereformeerde kerk is gebouwd in 1841 en heeft tot ongeveer 1910 in oudega gestaan aan de Skoallereed (zijstraat aan de Achterwei). Dit alles gebeurde in die tijd voor slechts f 600,- . Met de komst van het nieuwe kerkgebouw aan de Buorren in 1910 werd de oude kerk overbodig. Het bijzondere aan dit gebouw is vanwege het feit dat deze rond die tijd steen voor steen is afgebroken en in Drachten, op de hoek van de Dwarsvaart / Raai weer is opgebouwd. De verkoopsprijs was destijds f500,- . In Drachten heeft het gebouw nog dienst gedaan als kerk voor de baptisten en als onderdak voor verenigingen. (Bekkema, 1990)
De laatste jaren was het nog in gebruik als moskee. In 2010 is het gebouw, met iets meer dan 150 dienstjaren, alsnog gesloopt.

Een Stins in Oudega
In de sectie Historie van de Gemeente komt naar voren dat er sprake is van een tweedeling binnen de Grietenij tussen de Vetkopers en de Schieringders. Deze tweedeling in 1444 tussen de Noorderlijke Dorpen (Schieringers: Opeinde, Nijega, Oudega) en de Zuidelijke Dorpen (Vetkopers:  Zuider en Noorder Drachten, Kortehemmen Boornbergum) heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat zich in Oudega een Stins bevond. In een Stins bevond zich een leider van dit gebied (een Hoofdeling), die recht sprak en de mensen bij elkaar hield in tijden van moeilijkheden. Deze hoofdelingen sloten zich in die tijd vaak aan bij de Schieringers. (Van Til, et al. ,2004)

Een Stins is een burcht of landhuis in Friesland en staat voor 'Steenhuis. De enige stins die momenteel in Friesland nog te vinden is, staat in Veenwouden, de Schierstins. De Stins in Oudega stond op it West, dit is te zien op een kaart uit 1718, De Friese Atlas van Schotanus-Halma. Waarschijnlijk was dit op it West 27, waar rond de eeuwwisseling veel kloostermoppen gevonden zijn bij graafwerkzaamheden. (Van Til, et al. ,2004)

Obstakel in de Aldegeasterdyk
In het jaar 1672 waren er regelmatig plunderingen in onze omgevingen. Met name door het leger van Christof Bernart van Galen (Bommen Berend) waren er tijdens de opmars naar het doel veel incidenten. Dit kwam met name doordat het leger slecht werd uitbetaald, waardoor deze mensen hun heil zochten in moorden en plunderingen. De inwoners van Smallingerland zagen dit aankomen. Een mooi voorbeeld van het resultaat heeft zich afgespeeld bij Oudega, nabij de 'Blaue Stien'. Hier is met obstakels de weg geblokkeerd en is een aardenwal opgegooid. Het was voor de plunderaars daardoor niet mogelijk dit te doorkruisen ook omdat de omliggende landen waren ondergelopen of zeer drassig waren.

Rechthuis en Grietman
Een van de bijzondere (ook gezien historische waarde) gebouwen in Oudega, is het voormalige Rechthuis aan de Buorren (11). Het huis wordt ook wel het Grietenijhuis genoemd, vanwege het feit dat door de Grietman (voorloper van Burgemeester) in dit huis vroeger werd recht gesproken. Als er niet werd Recht gesproken was dit huis voornamelijk in functie als herberg. Tevens was hier het bestuur van de Grietenij gevestigd. Oudega was hoofdplaats van de Grietenij Smallingerland van 1663 tot 1816. Het is dan ook rond deze periode dat het eerste Rechthuis moet zijn gebouwd. Op 17 mei 1738 is dit pand helaas verwoest door brand, samen met nog 6 andere panden. Het is dan ook in dit jaar 1738 dat er reeds een nieuw Grietenijhuis is gebouwd. Dit is nog altijd hetzelfde pand welke vandaag de dag nog bestaat. Nadat het Grietenijbestuur zich in 1816 zich (tijdelijk) in Opeinde gevestigd had, werd het pand aan de buorren alleen nog gebruikt als herberg. Dit zou zo blijven tot aan 1978, waarna een cafe in het pand kwam en aan de voorzijde een uitzendbureau. Daarna hebben zich hier nog verscheidene winkels gehuisvest. Tegenwoordig bevindt zich in het pand een woongedeelte. Het voorste gedeelte is daarbij te gebruiken als trouwlocatie. (Dijkstra, 2000)

Over de grietman kan nog het een en ander worden verteld. De naam betekent "hij die groet", rechtspreekt, vordert. Tussen de 13e eeuw tot en met de 18e eeuw was deze persoon zowel rechtsvorderaar als ook uitvoerder van vonnissen. Dit werd later rechter genoemd, waarbij deze persoon ook voorzitter was van het grietenijgerecht. Dit grietenijgerecht, ook wel Nedergerecht was de laagste vorm in ons toenmalige rechtsysteem. Zij hield zich bezig met lichte strafzaken. Zwaardere straffen werden uitgesproken door het Hof van Friesland, welke in Leeuwarden zetelde. De rechterlijke macht van de grietman verdween tussen 1795 en 1813, de zogenaamde Franse tijd. In 1851 verdwenen ook de namen 'Grietman' en 'Grietenij'. Vanaf toen was er dus een 'Burgemeester' als hoogste bestuurder in de 'Gemeente' Smallingerland. (Bekkema, 1990)

Skoallereed
De Skoallereed dankt zijn naam aan "it skoalhus" en de eerste christelijke lagere school, welke gebouwd is in 1886. De gebouwen zijn inmiddels afgebroken en de schoolactiviteiten zijn verplaatst naar de Buorren.

Buurtschappen
Indien men de huidige plattegrond van Oudega vergelijkt met die van 1928 (zie boven) dan zijn daar een aantal opvallende punten. Zo ligt er ten noord westen van Oudega het eerder besproken buurtschap, genaamd 'Uiteinde' (it Utein). Op de kaart van 1928 wordt dit nog benoemd als 'Opeinde'. Zeer waarschijnlijk zal dit in latere tijden aangepast zijn om verwarring met het naburige (oostelijker) gelegen 'Opeinde' te voorkomen. Verder valt te zien dat de straat nabij Opperburen (tegenwoordig Opperbuorren East) in 1928 veel grilliger was van vorm en nog niet was doorgetrokken tot aan Nijega. De huisjes aan de huidige Gariperwei (thv Utein), zijn  ook nu nog steeds aanwezig, zij het dat deze inmiddels wel zijn vervangen door modernere bebouwing (jaren 80/90).

Groot Haersma-State en Skeane Heawei
Een familie die haar stempel heeft gedrukt op Oudega en zeker noemenswaardig zijn, zijn de Van Haersma's. Zij hebben zich in 1646 in Oudega gevestigd in de Haersma-State, gelegen aan de Sanbuorren, ten oosten van de Hervormde kerk. De exacte bouwdatum van de Groot Haersma-State is niet bekend, maar vanuit kaartgegevens kan worden vastgesteld, dat dit ergens tussen 1664 en 1665 moet zijn geweest.(Bekkema, 1990)
De locatie van de Groot Haersma-State was ongeveer op de plaats waar tegenwoordig een boerderij staat, thans aan de Dwarssingel 41. De exacte locatie was iets oostelijker, ongeveer waar nu de oprit lag, aangezien daar in de jaren 60 en 70 door de bewoners destijds nog stukken muur zijn aangetroffen. Daarnaast werd regelmatig serviesgoed aangetroffen . Het meeste hiervan is nu in het bezit van museum Smallingerland.
 De familie was dusdanig invloedrijk dat men het stratenplan van het dorp heeft kunnen aanpassen. Rond 1666 zijn er afspraken gemaakt om de 'oude' Heawei te verleggen naar wat tegenwoordig de Skeane Heawei heet. Voor die tijd liep de Achterwei namelijk direct door en ging over in de Heawei. Deze oude route liep vanaf de plek waar tegenwoordig de gereformeerde kerk staat, tot aan het punt waar nu het kerkepad, "Skeanpaed", loopt. Deze uitleg verklaart ook de ietwat vreemde ligging van dit kerkepad.
Een historisch en monumentaal zeer interessant pand, welke verband houdt met de Groot Haersma-State, staat in Drachten; de Haersma State. Dit Rijksmonument aan de stationsweg 64 wordt omzoomd door een zeer karakteristiek park; het Haersmapark. De namen van dit pand en park zijn afgeleid van de Great Haersma State in Oudega. De Haersma State werd in 1843 in opdracht van de toenmalige Grietman (burgemeester) Martinus Manger Cats. Wat zeer interessant is, is dat hiervoor materialen werden gebruikt, afkomstig van de in 1841 gesloopte Great Haersma State. Dit verklaart logischerwijs ook de nog altijd huidige naam Haersma State. De oorspronkelijke naam 'Veltzigt' is om deze reden ook snel aangepast naar Haersma State. Het pand in Drachten heeft tot 1893 dienst gedaan als woonhuis. Daarna is het gekocht door de gemeente, die het tot 1940 de functie heeft gegeven als kazerne voor de nieuwe brigade Marechaussee. In de oorlog is het gevorderd geweest door de Duitse bezetters. Daarna is het pand nog gebruikt door de Politieke Opsporingdienst en Belastingdienst en heeft het jaren lang een kantoorfunctie gehad.

Water
Dat er rond Oudega vroeger veel meer water is geweest blijkt uit het volgende. De Tsjollen (uitloper van de Westersanning) was een van de eerste gebieden die men terug heeft gewonnen van de natuur. Dit was reeds gebeurd aan het eind van de 19e eeuw. Toch was er tot na de eerste wereldoorlog nog altijd veel water aangezien zowel de Westersanning als de Eastersanning nog geheel uit water bestonden. Deze plassen waren aanvankelijk ontstaan door veenwinning in de late middeleeuwen. Zo is ook later de Leijen bij Opeinde ontstaan. Ook de werkloosheid na de eerste wereldoorlog was een belangrijke factor tot het nemen van het initiatief om bepaalde gebieden in te polderen.   

Met het droogmalen van de Eastersanning in 1920/21 ging een wens voor het dorp in vervulling. Men had namelijk 's winter veel last van hoog water. Dit was het belangrijkste doel van het waterschap De Gealanden.

Met het inpolderen van de Eastersanning werd ook de oude vaarroute/ waterweg vanaf de Smalle Eesterzanding in zijn geheel gedempt. Dit gebeurde in 1921 voor het, in die tijd respectabele bedrag van f 11.000,- gulden. Hier vindt u een illustratie die het traject van deze waterweg verduidelijkt.

Situatie 1849-1859, met de 'Oudegaster Zanding' en 'Wester Zanding'.(Tulp, Kist, 2010)
Naast de Eastersanning werd ook de Westersanning spoedig hierna ingepolderd, wat er in resulteerde dat vanaf eind 1925 er respectievelijk 30 en 21 nieuwe percelen te verdelen waren. De westersanning was veel kleiner als de Eastersanning. Met het inpolderen van de Westersanning in 1921/22 verdween ook het originele traject van het riviertje "De Geeuw" die voorheen door de Westersanning stroomde en haar route westwaarts vervolgde richting Grou. Ook de Ringvaart  ("De Haven") werd in deze zelfde periode aangelegd.(Bekkema, 1990)

Verteld door de mensen
Door rondvraag bij een aantal personen is de volgende informatie verzameld over lokale bedrijven en personen uit heden en verleden:
De Smidterij aan de Buorren 18. Momenteel is dit een snackbar met eetcafe, maar tot +/- 1986 was het de werkplaats van de smid. In de jaren 90 is het verbouwd tot de hedendaagse situatie.
De smid woonde in het pand. Aan de voorkant had hij een winkel waar hij oa fietsen verkocht. Achter was de werkplaats waar hij ijzeren voorwerpen smeedde en fietsen repareerde. Het was een donkere werkplaats waar een mysterieus sfeertje hing. Er brandde ook altijd een vuurtje en aan de muren hingen posters van schaars geklede dames.

De Wellingbar gelegen aan Op'e Wal 4. De eigenaar is momenteel Willy Welling. De familie Welling komt uit een beurtschippersfamilie. Achter de Wellingbar stond een oude schuur van de familie Bruinsma waar vee werd gehouden en verkocht. In 1989 is de schuur gesloopt en is de Skipperseal erbij gebouwd (een evenementencentrum voor voor verschillende soorten bijeenkomsten).

De Santepetyk aan de Buorren 11. Deze galerie heeft bestaan tot +/- 1995. Vroeger was dit het gerechtsgebouw en daarna heeft cafe de Herberg er in gezeten. Jannie Friso heeft er een kunstnijverheidswinkel en galerij van gemaakt. Ze woonde met haar gezin aan de achterkant van de winkel. Tegenwoordig kun je in het gebouw trouwen.

Warenhuis Weduwe Noordstra aan de Fabriekswei 31. Zoals de naam al doet vermoeden werd dit geleid door mevr Noordstra. Tot +/- 1984 kon je hier van alles kopen, vooral huishoudelijke artikelen. Had ze iets niet in haar assortiment dan kocht ze dat speciaal en dan kon je het de volgende dag ophalen. Later heeft slagerij Oeds Pietersma zich er gevestigd. Omdat het pand een kruideniersfunctie heeft mag hij daar niet slachten. Hij slacht in Garijp en verkoopt het in de winkel in Oudega.

De Manufacturen winkel aan de Buorren. Eigenaar was Gerben Kooistra. Het heeft bestaan tot +/-1988. In de winkel kon je kleding en ondergoed kopen. Later kwam het postkantoor erbij in. Nog later is het pand gesloopt en is de Rabobank hier gebouwd.

Groenteboer Folkert de Haan aan de Buorren. Deze was hier gevestigd tot +/- 2010. De winkel werd gerund door zijn vrouw. Hij zelf ging met zijn autotootje op pad bij de deuren langs om groente en fruit te verkopen. Hij was tijdens zijn werk altijd aan het fluiten. Kinderen van de basisschool gingen in de pauze daar vaak snoep kopen.